Aangedreven door de klimaatverandering met toenemende milieurampen als gevolg, een pandemie en de aanhoudende energiecrisis beseffen we steeds meer dat duurzaam ondernemen geen optie meer is maar een must. Cosmetische ingrepen en mooie woorden volstaan niet meer. Er is dan ook toenemende druk vanuit Europese regelgeving, maar ook de mentaliteit bij investeerders en stakeholders is veranderd. Een positief point of no return is bereikt. Zet mens en milieu vandaag centraal in al je activiteiten en blijf ook morgen relevant.
De basis voor dit nieuwe, verantwoord ondernemen is vandaag ESG. ESG verwijst naar de drie centrale factoren in het meten van de duurzaamheid van een bedrijf of belegging op het gebied van klimaat en milieu (E), maatschappij (S) en goed bestuur (G).
De term is afgeleid van de ‘Triple Bottom Line’, ook bekend als ‘People, Planet and Profits’, een concept dat in de jaren ‘90 al werd geïntroduceerd. Het stelt dat bedrijven zich moeten richten op alle P’s en niet alleen op de ‘Profits’ (winst en rendement). Alle componenten zijn even belangrijk voor een bedrijf of organisatie om duurzaam en waardevol te zijn. Dit concept evolueerde in ESG, wat vandaag de dag de basis vormt voor duurzaam en verantwoord ondernemen en investeren. ESG is gebaseerd op het eenvoudige idee dat bedrijven een beter rendement hebben als ze waarde creëren voor hun stakeholders – werknemers, klanten, leveranciers en de maatschappij in het algemeen, met inbegrip van het milieu – en niet alleen voor de eigenaars van het bedrijf. ESG richt zich dan ook op de manier waarop bedrijven de maatschappij dienen en hoe dit een impact heeft op hun huidige en toekomstige prestatie. ESG gaat dan ook niet alleen om wat het bedrijf vandaag doet, maar vooral ook morgen. De koers die we daarbij moeten varen werd uitgezet door de duurzaamheidsdoelstellingen van de Verenigde Naties. Maar het zijn de regeringen, (inter)nationale organisaties en bedrijven die de echte stappen zullen moeten zetten.
Duurzaam presteren
Niet iedereen is afwachtend. Bij veel bedrijven staat het thema ESG al jaren op de agenda. De vraag hoe om te gaan met ESG-vraagstukken doet in veel directiekamers toch nog bezorgd de wenkbrauwen fronsen. Waar liggen de kansen, hoe kunnen we -naast winst (profit)- materieel en immaterieel waarde creëren? En wat betekent dat voor ons merk en onze communicatie, de producten en diensten die wij aanbieden, en de manier waarop wij de markt tegemoet treden.
Waar het op neerkomt is dat alle denken en doen in het teken moet staan van duurzaamheid (sustainability). Voor bedrijven, beursgenoteerd of particulier gefinancierd, groot of klein, in elke sector en elke markt, is winst niet langer het alles het bepalende criterium. Niet wat je doet, maar hoe je het doet is maatgevend voor de waardering van investeerders en andere stakeholders, je leveranciers, klanten en je medewerkers.
Klaar voor de revolutie?
Bedrijven zullen daarom voorbereid moeten zijn op fundamentele veranderingen in vrijwel alle aspecten van hun organisatie. Hoe prestaties worden gemeten, hoe processen zullen verlopen, hoe al te grote risico’s worden vermeden, het zijn allemaal fundamentele vraagstukken waarop het antwoord een ware revolutie teweeg zal brengen. ESG heeft een ingrijpende impact op de manier waarop organisaties denken, plannen en rapporteren. Deze 3 dimensies zijn sterk met elkaar verbonden en verandering van het ene leidt onherroepelijk tot verandering van het andere.
Het krachtenveld
Implementatie van richtlijnen en maatstaven omtrent ESG-rapportage leiden vaak tot een heroriëntatie op de bestaande bedrijfsprocessen en doelstellingen, met als logisch gevolg een andere positionering en marktstrategie, wat onvermijdelijk weer gevolgen heeft voor de structuur en cultuur van de organisatie.
Nieuwe openheid
De Europese Commissie heeft eerder al bepaald dat bedrijven verplicht zijn om informatie vrij te geven over hoe ze omgaan met duurzaamheid en sociale uitdagingen. Dat moet investeerders, beleidsmakers, klanten en andere stakeholders in staat stellen om ook op niet-financieel gebied te kunnen evalueren hoe goed een bedrijf het doet. Uiteraard met de bedoeling om die bedrijven aan te moedigen om het steeds beter te doen. Nog niet alle bedrijven zijn aan die niet-financiële rapportage onderworpen maar dat is louter een kwestie van tijd.
Die nieuwe openheid vraagt een omslag in mentaliteit. Bedrijven en organisaties moeten duurzaamheid niet meer zien als een probleem dat je moet behandelen maar als een opportuniteit die je medewerkers gelukkiger maakt, je producten beter en je merk populairder. Noem het een purpose of een duurzaamheidsmissie.
Dankzij een purpose zijn je winsten niet de enige parameter van je waarde; je bijdrage en meerwaarde voor de samenleving zijn dat ook. Van belang is wel om je bedrijfsprocessen in lijn te brengen met dat doel en die missie. Zo dwingt ESG organisaties om hun R&D opnieuw te bekijken, leveranciers uit te dagen duurzamer te worden, na te denken over hun transport en logistiek, en na te gaan of ze hun invoer en/of afvalstromen anders moeten inrichten. Kortom, heel het denken en doen moet om!
Purpose drives profit
De implementatie van ESG richtlijnen en maatstaven en hier vervolgens ook over te rapporteren is vaak reden genoeg voor veel bedrijven om zich ook strategisch te gaan heroriënteren. Dat dit op zijn beurt weer implicaties heeft voor de externe communicatie qua inhoud, vormgeving en frequentie, zal voor degenen die dagelijks met het merk en communicatie bezig zijn, geen verrassing zijn. Het bedrijfsverhaal -de corporate story- moet immers in lijn zijn met de immateriële prestaties en doelstellingen op lange termijn. Alleen zo vertelt de rapportage, samen met de jaarrekening, een authentiek verhaal over waardecreatie, duurzaamheid en continuïteit. De corporate reputatie en het merk worden letterlijk tot een geheel gesmeed.
Op termijn kan de gedrevenheid op het vlak van ESG en het sturen op niet-financiële parameters zelfs leiden tot rigoureuze ingrepen in de bedrijfsvoering en soms een grootschalige organisatorische reorganisatie. Veranderingen die om expertises vragen, waarover bedrijven soms wel, maar vaker niet beschikken en waar niet langer alleen de financiële afdeling verantwoording voor kan of wil dragen. Integendeel, sturen op ESG en erover rapporteren vraagt bedrijven om input van en samenwerking tussen alle afdelingen van het bedrijf. Ook het communicatie-, branding- en/of ontwerpbureau van de onderneming speelt een belangrijke rol in de manier waarop het bedrijf haar financiële en niet-financiële rapportages organiseert en presenteert.
Op het gebied van reporting is er in de afgelopen jaren dan ook veel veranderd, zowel qua inhoud, vorm en productieproces. Want ook de techniek heeft niet stilgestaan. Het gedrukte jaarverslag is een zeldzaamheid geworden. De meeste jaarverslagen zijn tegenwoordig online en multi-channel. De meeste bedrijven zijn ondertussen overtuigd van de voordelen die -aanvullend- integraal online rapporteren biedt. Het maakt teksten, grafieken, infographics en waardecreatiemodellen – die tot nog toe vaak alleen maar toegankelijk en interpretabel waren voor experts en andere ingewijden – ook eenvoudig begrijpbaar voor bredere doelgroepen, zoals (potentiële) klanten en (toekomstige) medewerkers.
Positieve impact
Investeren in ESG en hierover willen communiceren heeft vele voordelen: de merkbeleving wordt positiever, klantenloyaliteit zal zeker toenemen, investeerders profiteren van de ‘duurzame’ reputatie van het bedrijf, en de zichtbare maatschappelijke relevantie en sociale betrokkenheid zal deuren openen die anders misschien gesloten bleven. Denk alleen al aan de jacht op talent. Op een krappe arbeidsmarkt is een duurzaam imago een absolute pré. ESG niet omarmen heeft significante implicaties op de toekomstige winstgevendheid van een bedrijf en zelfs het voortbestaan ervan.